N.a.v. Matteüs 20,17-28
Competitiedrang: dat kom je zelfs bij de leerlingen van Jezus tegen. En dat ook de moeder van twee apostelen een goede plek voor haar zonen verlangt: welke moeder (en vader) herkent zich hierin niet? Niets menselijks is hen vreemd. Competitie – en vaak ook jaloezie, wat een minder positieve eigenschap is – kom je overal en in alle tijden tegen.
Mij valt op dat Jezus op een gezonde wijze met dit verlangen omgaat. Hij zegt niet: ‘Zing eens een toontje lager’, of: ‘Waar is jullie nederigheid?’ Hij gaat in op de vraag van de moeder door aan haar twee zoons te vragen: ‘Kunnen jullie de consequenties aan van wat je verlangt?’ Het is de meest gezonde reactie. Gewoon mensen op een vriendelijke manier confronteren met de gevolgen van hun vragen (en soms eisen). We kunnen zo de overstap maken naar de samenleving en de politiek. We verlangen zoveel van onze bestuurders, zaken die we zelf amper aan kunnen.
De vrienden van Jezus reageren zoals wij ook zouden reageren: ‘Natuurlijk kunnen we dat!’ Een beetje overmoedig wellicht, of bravoure, of vermetel vertrouwen, en bij een jonger iemand (en dat zijn de zonen van Zebedeüs, Jakobus en Johannes) te vergeven. Je mag best ambitieus zijn en later ontdekken dat er toch wat meer haken en ogen kleven aan wat je volmondig beaamd hebt. Bij Jezus is dat het drinken van de levensbeker, helemaal. Heeft iets te maken met het kruis, gelukkig ook met de laatste fase van Pasen: verrijzenis. Dat plaatst zo’n simpele vraag naar een goed plekje in een ander perspectief.
Ik leer veel van zo’n vraag van een moeder voor haar twee zonen: maak duidelijk wat je verlangt en waar je naartoe streeft. Heb ook oren en ogen voor de consequenties van je vraag. Dat is bouwen aan toekomst.