De titel is een zin waarvan ik niet dacht het ooit letterlijk te hoeven gebruiken. Toch was het nodig toen mijn bonuszoontje van vier een speelgoedbalk in mijn oog duwde. Vervolgens stopte hij twee balken in zijn eigen ogen. Vrijwel direct was er een nieuwe column geboren.
In Lucas 6: 41-43 vraagt Jezus: Waarom kijk je naar de splinter in het oog van je broeder of zuster, terwijl je de balk in je eigen oog niet opmerkt? Hoe kun je zeggen, laat mij die splinter verwijderen, terwijl je de balk in je eigen oog niet ziet? Huichelaar, verwijder eerst die balk in je eigen oog, pas dan zal je scherp genoeg zien om de splinter in het oog van je broeder of zuster te verwijderen.
Niemand vindt het leuk om kritiek te krijgen. Op mijn opleiding werd er dan ook gekozen voor het woord ‘opbouwende feedback’. Wetende dat je zelf niet perfect bent moet je realiseren dat het belangrijk is dat je bij feedback naar een andere partij niet in verwijten valt. Het gedrag van een ander komt altijd ergens vandaan en oordelen daarover is niet aan jou. Wanneer je merkt dat iemand zeer negatief tegenover jou lijkt te staan en enkel aangeeft wat je in zijn of haar ogen fout lijkt te doen, doet dit niet ten goede aan de relatie. De relatie wordt ongelijkwaardig en niet zoals broeders en zusters horen samen te leven. Een open houding waarin je eerst naast elkaar gaat staan in plaats van tegenover elkaar doet wonderen voor de communicatie.
Toen mijn bonuszoon de balken in zijn ogen had, moest hij lachen. ‘Ik zie niks meer,’ zei hij. Ik zei ‘Nee dat, klopt.’ Met hout in je ogen is het ook makkelijk om alleen maar splinters te zien, dacht ik met de woorden van Jezus is mijn hoofd. Ik moest denken aan een situatie waar ik in gezeten heb. Waar ik mij jarenlang erg klein voelde omdat ik alleen maar te horen kreeg wat ik fout deed en anders moest doen. Ik keek steeds meer naar mijzelf en ging van alles veranderen om de ander te pleasen. Totdat ik erachter kwam dat ik alleen maar naar mijzelf aan te kijken was. Wat ik ook deed, het was niet goed genoeg. Ik verloor mijzelf om aan de onmogelijke eisen van de ander te kunnen voldoen.
Eindelijk was er een mogelijkheid om een gesprek te voeren waarin naar voren kon komen dat deze rolverdeling niet wenselijk was. Ik had mij voorgenomen om zelf niet met verwijten te komen want dat zou niets oplossen. Ik zou enkel kunnen zeggen wat ik deed om de ander tegemoet te komen en ik zou aangeven dat ik alles had geprobeerd om het beeld van de ander te doorbreken en de zorgen weg te nemen. Soms heb je de beste voornemens, ook in gesprekken zoals deze, maar moet je uiteindelijk concluderen dat een ander niet openstaat om naar zichzelf te kijken. Ik ben nog steeds in conclaaf met God over wat je dan kunt doen in dit soort situaties. Want ik kan niemand veranderen en dat hoeft ook niet. Ik kan niet meer doen dan mijn best, maar dat werd niet gezien.
Toen dacht ik weer aan de mooie woorden, dat God ziet wat in het verborgene is. Dat wanneer ik oprecht en dicht bij mijzelf blijf, de bevestiging van binnenuit komt. Een bevestiging van binnenuit is mooi maar je moet er wel enorm sterk voor in je schoenen staan. Het vergt iedere keer weer een groot vermogen om de negativiteit los te laten en geen bevestiging van buitenaf nodig te hebben. Ik blijf mens en het is wel een middel om je zelfvertrouwen op te bouwen. Toch klopt deze les wel en is het niet goed om bevestiging te blijven zoeken waar je hem niet kunt krijgen. Negatieve woorden klinker echter harder dan positieve en blijven langer in je systeem. Het is de kunst om deze woorden van schaduw achter je te laten en je te keren naar de zon. Want alleen dan kun je groeien. Dit zien we wel aan de zonnebloem die zijn hoofd laat hangen in de schaduw. Wanneer deze met de zon meedraait, kan hij groeien. Ik hoop dat ik ook in situaties zoals deze kan blijven onthouden dat ik met de zon moet meedraaien.