Zijt Gij de komende? Lucas 7,19
Wij kijken uit? Naar waar? Of moeten we zeggen: naar wie? We kijken uit naar een versoepeling van de lock-down; 19 januari? Of toch eerder?
Wat gebeurt er in je als je ‘uitkijkt naar’? Je laat enkele overtollige gedachten vallen. Het klinkt wat oneerbiedig, maar het beeld van een vogeltje dat wil wegvliegen komt in mij op. Het vogeltje laat dan vaak eerst een poepje, dat maakt hem wat lichter om weg te vliegen. Wat je kwijt kunt, doe het dan maar…
Misschien zou het bij mensen ook zo kunnen gaan. Even wat overtollige dingen, of zelfs gedachten, weg laten om vrij te kunnen verwachten. We zitten vaak zo vol. Even pas op de plaats. Is dit een positieve invulling van de (gedwongen) lock-down?
Wanneer de vraag aan Jezus wordt gesteld of Hij de Komende is, dan verwijst Hij naar een samenleving waar alles ‘in orde’ is. Wij zijn meestal gericht op sterke leiders, ‘verlossers’. Jezus doet dat niet (hoewel Hij later door zijn volgelingen wel zo gezien wordt). Hij richt eerder de blik op een wereld waar iedere mens tot zijn recht komt, waar vergeving en verzoening is, waar mensen zich aan elkaar verbinden. Ik denk dat we dit laatste vandaag zo hard nodig hebben. Want ‘corona’ heeft een behoorlijke impact op onze samenleving.
Wij verwachten de Komende. Ik in ieder geval. Dit verwachten roept in mij tedere krachten op. Ik word wat zachter van binnen. Dat vind ik mooi. Ik voel dat ik groei aan dit ‘verwachten’. Daarbij stel ik me van alles voor, het blijft echter wel gericht door dat Rijk van vrede en gerechtigheid. En toch: ik houd altijd ook wat ruimte open voor het geval dat het anders uitpakt.
God blijft onvoorspelbaar…